De vrijwilligers van de zeilmakerij van de Bataviawerf in Lelystad werken momenteel aan nieuwe zeilen voor de botter HK 98 uit Harderwijk. Een mooie ambachtelijke klus voor een bijzonder schip.
Vissersschip op de Zuiderzee
De HK 98 heeft een rijke geschiedenis die start in 1918 als het schip wordt gebouwd in Huizen. De botter, toen nog bekend onder de naam EH 32, fungeert eerst jarenlang als vissersschip op de Zuiderzee. In de oorlogsjaren heeft de botter, met dan Urk 67 in de zeilen, Urk als thuishaven. Daar wordt de botter ontdekt door Gé Sterker, hij verwijdert het vistuig en neemt het in gebruik als woning en genereert inkomsten met het spinnen van schapenwol.
Prinsessen aan boord
De oom van Sterker, Eric Roëll, is een huisvriend van Bernhard van Lippe-Biesterfeld en Juliana van Oranje-Nassau. Zo komt het dat de botter in de zomer van 1952 aanlegt in de Koninklijke jachthaven in Muiden. Daar komen de twee dochters van het Koninklijk paar, Beatrix en Irene, aan boord. Het jaar daarvoor waren de meisjes ook al met dit schip en deze crew weg geweest. Op stromatrassen richten ze met meegebrachte lakens en kussens alvast hun plekje in. Tijdens de reis wordt het bevel gevoerd door schipper Sterker, samen met Hare Majesteits marineadjudant. De vaderlijke leiding is in handen van Eric Roëll en de rijkspolitie te water volgt op gepaste afstand.
Verhuur
Dit schip dat Prinses Beatrix liet kennismaken met zeilen op het IJsselmeer is sinds 2006 in bezit van Van den Berg (Chartervaart Harderwijk BV) uit Harderwijk, waar het onderdeel is van een vloot van vier botters voor verhuur. Met vele vrijwilligers worden de schepen met respect voor het oude ambacht in ere hersteld en drijvende gehouden.
Lees hier meer over op www.flevopost.nl